Jullie leiden jullie scholen in complexe omstandigheden. Respect!

Directeurs, in wat ik jullie de voorbije weken heb horen vertellen, ontwaar ik een donker rode draad: jullie veerkracht om te blijven reflecteren en handelen in complexe omstandigheden.

Hoezo, complexe omstandigheden? 

Van de leerkrachten vernemen jullie in welke mate de in de coronaperiode opgelopen leervertraging bij individuele leerlingen waarneembaar is. En dat het differentiëren in bepaalde klassen voor hen nog moeilijker werd dan voorheen. Wat niet wil zeggen dat hun inzet voor de leerlingen stokt. Integendeel, velen voelen zich geroepen om zeker nu het beste van zichzelf te blijven geven. Bewonderenswaardig, want in tal van scholen komt de leervertraging bovenop de uitdagingen die de toename van SES-indicator leerlingen met zich meebrengen. Daarnaast stelt onderzoek vast dat we op het vlak van leren en lesgeven ook positieve effecten van de corona periode kunnen waarnemen. Veel leerlingen hebben dankzij het afstandsonderwijs flinke progressies geboekt op vlak van zelfsturing en digitale skills. Dat laatste is zeker ook het geval voor heel veel leerkrachten. 

In de klassen, in de gangen en op de speelplaats zien jullie groepen leerlingen die na anderhalf jaar corona schijnbaar opnieuw moeten leren samenleven. Het lijkt erop dat de ontwikkeling van sociale vaardigheden voor tal van leerlingen even on hold stond. In die mate zelfs, dat in sommige scholen de goed uitgebouwde herstelgerichte praktijken op hun grenzen stoten.   

Op schoolniveau krijgen jullie te maken met de uitval van leerkrachten, die vaak een gevolg zijn van quarantaine maatregelen op de scholen van hun eigen kinderen. Waardoor leerlingen op jouw secundaire school tal van lesuren in de studie moeten vertoeven of pas later op school verwacht worden. En als je directeur bent van een basisschool hopen we dat je school niet gevestigd is in een regio waar op dit moment scholen moeten sluiten.  

Hier verschijnen de ouders op het podium van de complexiteit. De voorbije decennia nam de assertiviteit van ouders toe en dat leidde mee tot een verantwoordingscultuur en de bijbehorende neiging tot het schriftelijk documenteren van punten en maatregelen. Een kwestie van niet door de mand te vallen als er ooit door ouders een juridische procedure wordt opgestart. In coronatijd komt daar nog bij dat ouders ook zelf verlof of werktijd dienen in te leveren wanneer hun zoon of dochter minder tijd op de school kan doorbrengen. De toegenomen complexiteit in de privésfeer is in ‘normale tijden’ sowieso al een factor die de interactie tussen ouders en school niet steeds ten goede komt, noch de ondersteuning van hun kinderen in de thuissituatie. Gelukkig zien jullie ook dat een groot aantal ouders wel nog hun schouders zetten onder het project van de school. 

Eveneens op schoolniveau en los van corona stellen jullie vast dat sommige veranderingen, die de voorbije jaren van hogerhand werden opgestart, nog in de fase van uitvoering zitten en onverwachte uitdagingen met zich meebrengen. Onwillekeurig denken jullie dan aan de modernisering en aan de schaalvergroting waarin je school betrokken is. In het secundair onderwijs leiden sommige schaalvergrotingen bijvoorbeeld tot een soort van horizontale verkokering van de verschillende graden. ‘Hoe zorgen we voor een pedagogische lijn voor de 12 tot 18-jarigen?’, hoor ik jullie vragen. 

Daarbovenop komt de veelheid van door de overheid goed bedoelde nieuwe veranderingen en initiatieven. Direct denken jullie dan aan de Digisprong; de omslag van het M-decreet naar het Leersteundecreet; de korte termijn om je school aan te melden voor Bijsprong-middelen; de inkanteling van leren en werken in duaal leren; de wijzigingen in de GOK-omkadering; aan de bijsturing van de evaluatieprocedure, de nieuwe regelgeving rond vaste benoeming, de hervorming van de TADD;  … of aan al deze zaken tegelijkertijd. De tendens van een grote profilering van het beleid in onderwijs is duidelijk waarneembaar. Interessant in dat verband is de analyse van Barbara Moens in haar publicatie De nieuwe schoolstrijd

Niet in de laatste plaats stellen jullie de impact van het lerarentekort vast. Dit gegeven valt zo goed als helemaal buiten jullie zone van invloed. Het is aan andere spelers in het onderwijsveld om die uitdaging vast te pakken. Te beginnen bij de instroom van leerlingen in de lerarenopleiding. Enkele ideeën daaromtrent lees je in de blog Daling van studenten lerarenopleiding samen aanpakken – geschreven in 2015. Mogelijk nefast vandaag voor het aantrekken van nieuwe leerkrachten is het aantal keren dat in de media en daarbuiten het woord “lerarentekort” gebruikt wordt. Welke impact heeft  dit op het imago van het beroep? Leidt dit mogelijk tot een zichzelf vervullende voorspelling? Misschien kan ieder van ons, maar ook het beleid, de media, … , wat vaker focussen op het feit dat onze sector een grote kans biedt op tewerkstelling met een hoge maatschappelijke impact. 

Ontwikkel veerkracht

Van onder andere Liselotte Baeijaert en Anton Stellamans – de auteurs van de publicatie Vergroot de veerkracht in jezelf en je team – leren we dat veerkracht is wat jou in tijden van verandering helpt om met de verandering om te gaan. Om zoals rietstengels stevig geworteld mee te wuiven met de wind, ongeacht hoe fel die wind ook waait. Veerkracht is de kunst om mee te deinen op de golven van de verandering, om tegenslagen te boven te komen en zelfs te zien als groeimogelijkheden. De genoemde auteurs benoemen vier facetten van veerkracht:

  1. Accepteren van de gebeurtenissen waar je geen vat op hebt. Dit impliceert dat je jouw onbegrip,  jouw ongeloof en/of jouw eventuele boosheid overstijgt. Acceptatie is de eerste stap naar het behouden en versterken van je persoonlijke veerkracht. 
  1. Zingeving vinden in wat verandert, is een tweede facet van veerkrachtig omgaan met jullie uitdagingen. Dat gebeurt het makkelijkste in dialoog. Kunnen we kansen zien in de verandering die voor ons ligt?  
  2. Zich kunnen verbinden met alles wat kracht geeft is een derde element van veerkracht. Welke individuele en gemeenschappelijke kwaliteiten kunnen we  goed gebruiken in de voorliggende verandering? Welke competenties dienen we verder te ontwikkelen? Op welke interne of externe ondersteuning kunnen we beroep doen?  
  3. Een laatste facet van jouw verkracht bestaat erin dat je handelt. Dat je in beweging komt, of juister gezegd: in beweging blijft. Want, wat geeft het meeste energie? Bij de pakken blijven zitten of de zaken aanpakken? Treffend verwoordde de schrijver G.G. Marquez dit ooit als volgt: ‘Vandaag niets doen, is morgen leven als gisteren’.

Zoals ik in het begin al schreef, merk ik bij jullie, directeurs, al een grote mate van veerkracht. Jullie opdracht bestaat er vooral in om: 

1. jullie eigen veerkracht niet te verliezen

2. een deel van jullie leerkrachten te ondersteunen in de versterking van hun veerkracht ten aanzien van de concrete veranderingen. Een ambitie die je op relatief korte termijn kan realiseren. Start de dialoog hierover op met individuele leerkrachten of met een groep leerkrachten. 

Maak onderscheid tussen complexe en ingewikkelde uitdagingen

We kunnen het onderscheid maken tussen vier soorten uitdagingen. Dit besef helpt om gepast te reageren. Bij eenvoudige uitdagingen, waarin het duidelijk is wat er gedaan moet worden, volstaat het om als school een procedure te volgen of een nieuwe procedure op te stellen. Bijvoorbeeld: wat staat ons te doen wanneer een leerling zich verwondt op de speelplaats? 

Bij meer ingewikkelde uitdagingen zorg je ervoor dat mensen met expertise samen tot een goede analyse komen, om van daaruit een gepaste aanpak uit te werken. Het opstellen van het lessenrooster is een prototypisch voorbeeld van een ingewikkelde uitdaging. 

In chaotische uitdagingen, waar onverwacht een grote schade dreigt, treed je het best instruerend op en tracht je je school als systeem houvast, structuur en voldoende rust te geven. Dat is bijvoorbeeld het geval wanneer een situatie van grensoverschrijdend boven water komt. 

In complexe uitdagingen, waarin zelfs gecombineerde deskundigheid niet volstaat, bestaat jouw taak erin om een platform voor dialoog te installeren. Hier is het aan de school als systeem om richting uit te zetten en zo haar realiteit mee te creëren. Dat is vandaag bijvoorbeeld aan de orde als het gaat over de Digisprong en het verder doordacht digitaliseren op van je school. *

Versterk de effectiviteit van het schoolleiderschap op je school

Iedereen erkent dat de effectiviteit van het schoolleiderschap een belangrijke impact heeft op hoe een school omgaat met verandering. Daarom deze aanbeveling: onderzoek welke van de 20 opdrachten van effectief schoolleiderschap op jouw school verder ontwikkeld kunnen worden. In het artikel ‘Gedeeld effectief schoolleiderschap & 360°-feedback’ vind je hierover meer informatie. 

Onderwijsambitie
realiseren
Leerklimaat
cultiveren
Organisatiekwaliteit
versterken
Gedragen visie en doelen ontwikkelen
Gerichtheid zijn op visie en doelen
Inspireren tot effectief onderwijs
Betrokken zijn op lesgeven en evalueren
Opvolgen en terugkoppelen
Resultaatgericht waarderen
Intellectueel uitdagen
Datagebruik ondersteunen
Samen leren stimuleren Inspraak geven
Verandering faciliteren
Positiviteit bevorderen
Gedragen communicatieregels installeren
Aanwezig zijn
Aandacht geven
Heldere structuur en procedures ontwerpen
Doeltreffend personeelsbeleid voeren
Gepaste infrastructuur en materialen voorzien
Financiële middelen beheren
Functionele externe relaties onderhouden

Stel je op als poortwachter

Dat kan letterlijk door geregeld ‘s ochtends aan de schoolpoort te gaan staan, maar is vooral figuurlijk bedoeld en kan op verschillende manieren. Investeer geen energie in leren-en-lesgeven-hypes waarvan nog niet bewezen is  dat ze leiden tot leerwinst. Beperk het aantal initiatieven van externe maatschappelijk relevante organisaties tot die initiatieven die aansluiten bij het pedagogisch project van de school. Zorg voor een ‘oudercharter’, waarin staat wat je van ouders verwacht, bijvoorbeeld op vlak van de ouderondersteuning bij het leren van hun kinderen, of over de stijl van de interactie met de leerkrachten.  

Maak werk van de school als lerende organisatie

Effectief omgaan met complexe uitdagingen vergt van je school een groot collectief leervermogen. Hoe sterker het collectieve leervermogen van scholen, hoe meer wendbaar ze kunnen reageren op de de veranderingen waarmee ze te maken krijgen. In onze publicatie ‘Iedereen schoolmaker. Investeren in samen leren’ onderscheiden we zeven hefbomen waarmee je het leervermogen van je school kan opkrikken, met name: 

  • gedeeld effectief schoolleiderschap ontwikkelen
  • tot stand brengen van gedragen visies over het omgaan met specifieke onderwijsuitdagingen
  • cocreatief samenwerken en teamwerk
  • een verbindende werkplek creëren
  • samen professionaliseren
  • praktijkgericht onderzoek stimuleren
  • bouwen aan een kwaliteitsvolle organisatie waarin de organisatieprocessen effectief en efficiënt verlopen

Het is evident dat je dit niet in een vingerknip realiseert. Bouwen aan je school als lerende organisatie is sowieso een lange termijn opdracht. 

Ondertussen wens jullie een deugddoende en zonnige herfstvakantie toe,

Yves Larock

Deel: